Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. openbaar:
  2. openbaren:


Neerlandés

Sinónimos detallados de openbaar en neerlandés

openbaar:

openbaar adj.

  1. openbaar
  2. openbaar
    – algemeen bekend 1
    openbaar
    – algemeen bekend 1
    • openbaar adj.
      • hij maakte het bericht openbaar1
  3. openbaar
    – waar iedereen in kan of aan mee kan doen 1
    openbaar; publiek
    – waar iedereen in kan of aan mee kan doen 1
    • openbaar adj.
      • dit is een openbare school1
    • publiek adj.
      • dit postkantoor is een publiek gebouw1

Palabras relacionadas con "openbaar":


Sinónimos alternativos de "openbaar":


Antónimos de "openbaar":


Definiciones relacionadas de "openbaar":

  1. algemeen bekend1
    • hij maakte het bericht openbaar1
  2. waar iedereen in kan of aan mee kan doen1
    • dit is een openbare school1

openbaar forma de openbaren:

openbaren verbo (openbaar, openbaart, openbaarde, openbaarden, geopenbaard)

  1. openbaren
    openbaren; zich uiten
  2. openbaren
    publiceren; uitbrengen; openbaren
    • publiceren verbo (publiceer, publiceert, publiceerde, publiceerden, gepubliceerd)
    • uitbrengen verbo (breng uit, brengt uit, bracht uit, brachten uit, uitgebracht)
    • openbaren verbo (openbaar, openbaart, openbaarde, openbaarden, geopenbaard)

Conjugaciones de openbaren:

o.t.t.
  1. openbaar
  2. openbaart
  3. openbaart
  4. openbaren
  5. openbaren
  6. openbaren
o.v.t.
  1. openbaarde
  2. openbaarde
  3. openbaarde
  4. openbaarden
  5. openbaarden
  6. openbaarden
v.t.t.
  1. heb geopenbaard
  2. hebt geopenbaard
  3. heeft geopenbaard
  4. hebben geopenbaard
  5. hebben geopenbaard
  6. hebben geopenbaard
v.v.t.
  1. had geopenbaard
  2. had geopenbaard
  3. had geopenbaard
  4. hadden geopenbaard
  5. hadden geopenbaard
  6. hadden geopenbaard
o.t.t.t.
  1. zal openbaren
  2. zult openbaren
  3. zal openbaren
  4. zullen openbaren
  5. zullen openbaren
  6. zullen openbaren
o.v.t.t.
  1. zou openbaren
  2. zou openbaren
  3. zou openbaren
  4. zouden openbaren
  5. zouden openbaren
  6. zouden openbaren
en verder
  1. is geopenbaard
  2. zijn geopenbaard
diversen
  1. openbaar!
  2. openbaart!
  3. geopenbaard
  4. openbarend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Sinónimos relacionados de openbaar