Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. opticien:


Neerlandés

Sinónimos detallados de opticien en neerlandés

opticien:

opticien [de ~ (m)] sustantivo

  1. de opticien
    de opticien
  2. de opticien
    – wie voor zijn beroep brillen en lenzen maakt en verkoopt 1
    de opticien
    – wie voor zijn beroep brillen en lenzen maakt en verkoopt 1
    • opticien [de ~ (m)] sustantivo
      • ik ga naar de opticien voor een nieuwe bril1

Palabras relacionadas con "opticien":

  • opticiens

Definiciones relacionadas de "opticien":

  1. wie voor zijn beroep brillen en lenzen maakt en verkoopt1
    • ik ga naar de opticien voor een nieuwe bril1