Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. remplaceren:


Neerlandés

Sinónimos detallados de remplaceren en neerlandés

remplaceren:

remplaceren verbo (remplaceer, remplaceert, remplaceerde, remplaceerden, geremplaceerd)

  1. remplaceren
    vervangen; remplaceren; vernieuwen; verwisselen; aflossen
    • vervangen verbo (vervang, vervangt, verving, vervingen, vervangen)
    • remplaceren verbo (remplaceer, remplaceert, remplaceerde, remplaceerden, geremplaceerd)
    • vernieuwen verbo (vernieuw, vernieuwt, vernieuwde, vernieuwden, vernieuwd)
    • verwisselen verbo (verwissel, verwisselt, verwisselde, verwisselden, verwisseld)
    • aflossen verbo (los af, lost af, loste af, losten af, afgelost)
  2. remplaceren
    remplaceren
    • remplaceren verbo (remplaceer, remplaceert, remplaceerde, remplaceerden, geremplaceerd)

Conjugaciones de remplaceren:

o.t.t.
  1. remplaceer
  2. remplaceert
  3. remplaceert
  4. remplaceren
  5. remplaceren
  6. remplaceren
o.v.t.
  1. remplaceerde
  2. remplaceerde
  3. remplaceerde
  4. remplaceerden
  5. remplaceerden
  6. remplaceerden
v.t.t.
  1. heb geremplaceerd
  2. hebt geremplaceerd
  3. heeft geremplaceerd
  4. hebben geremplaceerd
  5. hebben geremplaceerd
  6. hebben geremplaceerd
v.v.t.
  1. had geremplaceerd
  2. had geremplaceerd
  3. had geremplaceerd
  4. hadden geremplaceerd
  5. hadden geremplaceerd
  6. hadden geremplaceerd
o.t.t.t.
  1. zal remplaceren
  2. zult remplaceren
  3. zal remplaceren
  4. zullen remplaceren
  5. zullen remplaceren
  6. zullen remplaceren
o.v.t.t.
  1. zou remplaceren
  2. zou remplaceren
  3. zou remplaceren
  4. zouden remplaceren
  5. zouden remplaceren
  6. zouden remplaceren
en verder
  1. is geremplaceerd
  2. zijn geremplaceerd
diversen
  1. remplaceer!
  2. remplaceert!
  3. geremplaceerd
  4. remplacerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze