Resumen


Neerlandés

Sinónimos detallados de ronde en neerlandés

ronde:

ronde [de ~] sustantivo

  1. de ronde
    het traject; de route; de afstand; de baan; de ronde; het baanvak; de etappe; het pad; de tournee
    de weg
    – route die je moet volgen om er te komen 1
    • weg [de ~ (m)] sustantivo
      • weet u de weg naar Zaandam?1
  2. de ronde
    de ronde; het rondje; de omgang
  3. de ronde
    de tournee; de ronde

Palabras relacionadas con "ronde":


rond:

rond adj.

  1. rond
    sferisch; rond; bol; kogelrond
  2. rond
    – in de buurt van 1
    rond; omstreeks
    – in de buurt van 1
    • rond adj.
      • het gebeurde rond acht uur1
    • omstreeks adv.
      • omstreeks januari ben ik klaar met de opleiding1
  3. rond
    – eerlijk en oprecht 1
    rond
    – eerlijk en oprecht 1
    • rond adj.
      • ik kom er rond voor uit1
  4. rond
    – er omheen 1
    rond
    – er omheen 1
    • rond adj.
      • de huizen staan rond het plein1
  5. rond
    – voltooid, klaar 1
    rond
    – voltooid, klaar 1
    • rond adj.
      • de zaak is rond1
  6. rond
    – zonder cijfers achter de komma 1
    rond
    – zonder cijfers achter de komma 1
    • rond adj.
      • acht is een rond getal1

rond [het ~] sustantivo

  1. het rond
    – met de vorm van een cirkel of bol 1
    het rond
    – met de vorm van een cirkel of bol 1
    • rond [het ~] sustantivo
      • de bal is rond1

Palabras relacionadas con "rond":


Sinónimos alternativos de "rond":


Antónimos de "rond":


Definiciones relacionadas de "rond":

  1. in de buurt van1
    • het gebeurde rond acht uur1
  2. eerlijk en oprecht1
    • ik kom er rond voor uit1
  3. er omheen1
    • de huizen staan rond het plein1
  4. met de vorm van een cirkel of bol1
    • de bal is rond1
  5. voltooid, klaar1
    • de zaak is rond1
  6. zonder cijfers achter de komma1
    • acht is een rond getal1

Sinónimos relacionados de ronde