Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir sakkeren

Sinónimos de "sakkeren" en neerlandés

Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. sakkeren:

Neerlandés

Sinónimos detallados de sakkeren en neerlandés

sakkeren:

sakkeren verbo (sakker, sakkert, sakkerde, sakkerden, gesakkerd)

  1. sakkeren
    sakkeren
    • sakkeren verbo (sakker, sakkert, sakkerde, sakkerden, gesakkerd)

Conjugaciones de sakkeren:

o.t.t.
  1. sakker
  2. sakkert
  3. sakkert
  4. sakkeren
  5. sakkeren
  6. sakkeren
o.v.t.
  1. sakkerde
  2. sakkerde
  3. sakkerde
  4. sakkerden
  5. sakkerden
  6. sakkerden
v.t.t.
  1. heb gesakkerd
  2. hebt gesakkerd
  3. heeft gesakkerd
  4. hebben gesakkerd
  5. hebben gesakkerd
  6. hebben gesakkerd
v.v.t.
  1. had gesakkerd
  2. had gesakkerd
  3. had gesakkerd
  4. hadden gesakkerd
  5. hadden gesakkerd
  6. hadden gesakkerd
o.t.t.t.
  1. zal sakkeren
  2. zult sakkeren
  3. zal sakkeren
  4. zullen sakkeren
  5. zullen sakkeren
  6. zullen sakkeren
o.v.t.t.
  1. zou sakkeren
  2. zou sakkeren
  3. zou sakkeren
  4. zouden sakkeren
  5. zouden sakkeren
  6. zouden sakkeren
diversen
  1. sakker!
  2. sakkert!
  5. gesakkerd
  6. sakkerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze







Tu diccionario de traducción gratuito, rápido y sencillo

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Página generada en 0.0139 segundos
Página mostrada en 1.0 segundos