Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. slaan met:


Neerlandés

Sinónimos detallados de slaan met en neerlandés

slaan met:

slaan met verbo (sla met, slaat met, sloeg met, sloegen met, geslagen met)

  1. slaan met
    slaan met
    • slaan met verbo (sla met, slaat met, sloeg met, sloegen met, geslagen met)

Conjugaciones de slaan met:

o.t.t.
  1. sla met
  2. slaat met
  3. slaat met
  4. slaan met
  5. slaan met
  6. slaan met
o.v.t.
  1. sloeg met
  2. sloeg met
  3. sloeg met
  4. sloegen met
  5. sloegen met
  6. sloegen met
v.t.t.
  1. heb geslagen met
  2. hebt geslagen met
  3. heeft geslagen met
  4. hebben geslagen met
  5. hebben geslagen met
  6. hebben geslagen met
v.v.t.
  1. had geslagen met
  2. had geslagen met
  3. had geslagen met
  4. hadden geslagen met
  5. hadden geslagen met
  6. hadden geslagen met
o.t.t.t.
  1. zal slaan met
  2. zult slaan met
  3. zal slaan met
  4. zullen slaan met
  5. zullen slaan met
  6. zullen slaan met
o.v.t.t.
  1. zou slaan met
  2. zou slaan met
  3. zou slaan met
  4. zouden slaan met
  5. zouden slaan met
  6. zouden slaan met
en verder
  1. ben geslagen met
  2. bent geslagen met
  3. is geslagen met
  4. zijn geslagen met
  5. zijn geslagen met
  6. zijn geslagen met
diversen
  1. sla met!
  2. slat met!
  3. geslagen met
  4. slaand met
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Sinónimos relacionados de slaan met