Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. smeken:


Neerlandés

Sinónimos detallados de smeken en neerlandés

smeken:

smeken verbo (smeek, smeekt, smeekte, smeekten, gesmeekt)

  1. smeken
    verzoeken; smeken; bidden; vragen
    • verzoeken verbo (verzoek, verzoekt, verzocht, verzochten, verzocht)
    • smeken verbo (smeek, smeekt, smeekte, smeekten, gesmeekt)
    • bidden verbo (bid, bidt, bad, baden, gebeden)
    • vragen verbo (vraag, vraagt, vroeg, vroegen, gevraagd)
  2. smeken
    – iets dingend vragen 1
    smeken
    – iets dingend vragen 1
    • smeken verbo (smeek, smeekt, smeekte, smeekten, gesmeekt)
      • hij smeekte me om thuis te blijven1

Conjugaciones de smeken:

o.t.t.
  1. smeek
  2. smeekt
  3. smeekt
  4. smeken
  5. smeken
  6. smeken
o.v.t.
  1. smeekte
  2. smeekte
  3. smeekte
  4. smeekten
  5. smeekten
  6. smeekten
v.t.t.
  1. heb gesmeekt
  2. hebt gesmeekt
  3. heeft gesmeekt
  4. hebben gesmeekt
  5. hebben gesmeekt
  6. hebben gesmeekt
v.v.t.
  1. had gesmeekt
  2. had gesmeekt
  3. had gesmeekt
  4. hadden gesmeekt
  5. hadden gesmeekt
  6. hadden gesmeekt
o.t.t.t.
  1. zal smeken
  2. zult smeken
  3. zal smeken
  4. zullen smeken
  5. zullen smeken
  6. zullen smeken
o.v.t.t.
  1. zou smeken
  2. zou smeken
  3. zou smeken
  4. zouden smeken
  5. zouden smeken
  6. zouden smeken
en verder
  1. ben gesmeekt
  2. bent gesmeekt
  3. is gesmeekt
  4. zijn gesmeekt
  5. zijn gesmeekt
  6. zijn gesmeekt
diversen
  1. smeek!
  2. smeekt!
  3. gesmeekt
  4. smekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

smeken [znw.] sustantivo

  1. smeken
    smeken; het gesmeek

Definiciones relacionadas de "smeken":

  1. iets dingend vragen1
    • hij smeekte me om thuis te blijven1