Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir snaak

Sinónimos de "snaak" en neerlandés

Eliminar anuncios

Resumen

Sinónimos en neerlandés: más información...

snaak:
- guit; deugniet; stinkerd; snaak; rakker; galgentronie; boef; galgenbrok; uilenspiegel; grappenmaker; komiek; pias; paljas; mallerd; olijkerd

Neerlandés

Sinónimos detallados de snaak en neerlandés

snaak:

snaak [de ~ (m)] sustantivo

de snaak
de guit; de deugniet; de stinkerd; de snaak; de rakker
- guit [de ~ (m)] sustantivo
- deugniet [de ~ (m)] sustantivo
- stinkerd [de ~ (m)] sustantivo
- snaak [de ~ (m)] sustantivo
- rakker [de ~ (m)] sustantivo
de snaak
galgentronie; de boef; de galgenbrok; de snaak
- galgentronie [znw.] sustantivo
- boef [de ~ (m)] sustantivo
- galgenbrok [de ~] sustantivo
- snaak [de ~ (m)] sustantivo
de snaak
de uilenspiegel; de grappenmaker; de guit; de komiek; de pias; de paljas; de snaak; mallerd; de olijkerd
- uilenspiegel [de ~ (m)] sustantivo
- grappenmaker [de ~ (m)] sustantivo
- guit [de ~ (m)] sustantivo
- komiek [de ~ (m)] sustantivo
- pias [de ~ (m)] sustantivo
- paljas [de ~ (m)] sustantivo
- snaak [de ~ (m)] sustantivo
- mallerd [znw.] sustantivo
- olijkerd [de ~ (m)] sustantivo

Palabras relacionadas con "snaak":

snaken, snaaks

Eliminar anuncios

Eliminar anuncios