Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir spenderen

Sinónimos de "spenderen" en neerlandés

Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. spenderen:

Neerlandés

Sinónimos detallados de spenderen en neerlandés

spenderen:

spenderen verbo (spendeer, spendeert, spendeerde, spendeerden, gespendeerd)

  1. spenderen
    besteden; uitgeven; spenderen
    • besteden verbo (besteed, besteedt, besteedde, besteedden, besteed)
    • uitgeven verbo
    • spenderen verbo (spendeer, spendeert, spendeerde, spendeerden, gespendeerd)

Conjugaciones de spenderen:

o.t.t.
  1. spendeer
  2. spendeert
  3. spendeert
  4. spenderen
  5. spenderen
  6. spenderen
o.v.t.
  1. spendeerde
  2. spendeerde
  3. spendeerde
  4. spendeerden
  5. spendeerden
  6. spendeerden
v.t.t.
  1. heb gespendeerd
  2. hebt gespendeerd
  3. heeft gespendeerd
  4. hebben gespendeerd
  5. hebben gespendeerd
  6. hebben gespendeerd
v.v.t.
  1. had gespendeerd
  2. had gespendeerd
  3. had gespendeerd
  4. hadden gespendeerd
  5. hadden gespendeerd
  6. hadden gespendeerd
o.t.t.t.
  1. zal spenderen
  2. zult spenderen
  3. zal spenderen
  4. zullen spenderen
  5. zullen spenderen
  6. zullen spenderen
o.v.t.t.
  1. zou spenderen
  2. zou spenderen
  3. zou spenderen
  4. zouden spenderen
  5. zouden spenderen
  6. zouden spenderen
en verder
  1. ben gespendeerd
  2. bent gespendeerd
  3. is gespendeerd
  4. zijn gespendeerd
  5. zijn gespendeerd
  6. zijn gespendeerd
diversen
  1. spendeer!
  2. spendeert!
  5. gespendeerd
  6. spenderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze







Tu diccionario de traducción gratuito, rápido y sencillo

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Página generada en 0.0116 segundos
Página mostrada en 1.0 segundos