Neerlandés

Sinónimos detallados de telgen en neerlandés

telgen:

telgen [de ~] sustantivo, plural

  1. de telgen
    de kinderen; de nakomelingen; het nageslacht; het broed; het kroost; het gebroed; de telgen
  2. de telgen
    de nakomelingen; de afstammelingen; de telgen

Palabras relacionadas con "telgen":


telg:

telg [de ~] sustantivo

  1. de telg
    de afstammeling; de nakomeling; de telg

Palabras relacionadas con "telg":