Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. vergiftigen:


Neerlandés

Sinónimos detallados de vergiftigen en neerlandés

vergiftigen:

vergiftigen verbo (vergiftig, vergiftigt, vergiftigde, vergiftigden, vergiftigd)

  1. vergiftigen
    vergiftigen; verpesten; infecteren
    • vergiftigen verbo (vergiftig, vergiftigt, vergiftigde, vergiftigden, vergiftigd)
    • verpesten verbo (verpest, verpestte, verpestten, verpest)
    • infecteren verbo (infecteer, infecteert, infecteerde, infecteerden, geïnfecteerd)

Conjugaciones de vergiftigen:

o.t.t.
  1. vergiftig
  2. vergiftigt
  3. vergiftigt
  4. vergiftigen
  5. vergiftigen
  6. vergiftigen
o.v.t.
  1. vergiftigde
  2. vergiftigde
  3. vergiftigde
  4. vergiftigden
  5. vergiftigden
  6. vergiftigden
v.t.t.
  1. heb vergiftigd
  2. hebt vergiftigd
  3. heeft vergiftigd
  4. hebben vergiftigd
  5. hebben vergiftigd
  6. hebben vergiftigd
v.v.t.
  1. had vergiftigd
  2. had vergiftigd
  3. had vergiftigd
  4. hadden vergiftigd
  5. hadden vergiftigd
  6. hadden vergiftigd
o.t.t.t.
  1. zal vergiftigen
  2. zult vergiftigen
  3. zal vergiftigen
  4. zullen vergiftigen
  5. zullen vergiftigen
  6. zullen vergiftigen
o.v.t.t.
  1. zou vergiftigen
  2. zou vergiftigen
  3. zou vergiftigen
  4. zouden vergiftigen
  5. zouden vergiftigen
  6. zouden vergiftigen
diversen
  1. vergiftig!
  2. vergiftigt!
  3. vergiftigd
  4. vergiftigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze