Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir verrijken

Sinónimos de "verrijken" en neerlandés

Resumen
Sinónimos en neerlandés:   más información...
  1. verrijken:

Neerlandés

Sinónimos detallados de verrijken en neerlandés

verrijken:

verrijken verbo (verrijk, verrijkt, verrijkte, verrijkten, verrijkt)

  1. verrijken
    verrijken
    • verrijken verbo (verrijk, verrijkt, verrijkte, verrijkten, verrijkt)

Conjugaciones de verrijken:

o.t.t.
  1. verrijk
  2. verrijkt
  3. verrijkt
  4. verrijken
  5. verrijken
  6. verrijken
o.v.t.
  1. verrijkte
  2. verrijkte
  3. verrijkte
  4. verrijkten
  5. verrijkten
  6. verrijkten
v.t.t.
  1. heb verrijkt
  2. hebt verrijkt
  3. heeft verrijkt
  4. hebben verrijkt
  5. hebben verrijkt
  6. hebben verrijkt
v.v.t.
  1. had verrijkt
  2. had verrijkt
  3. had verrijkt
  4. hadden verrijkt
  5. hadden verrijkt
  6. hadden verrijkt
o.t.t.t.
  1. zal verrijken
  2. zult verrijken
  3. zal verrijken
  4. zullen verrijken
  5. zullen verrijken
  6. zullen verrijken
o.v.t.t.
  1. zou verrijken
  2. zou verrijken
  3. zou verrijken
  4. zouden verrijken
  5. zouden verrijken
  6. zouden verrijken
diversen
  1. verrijk!
  2. verrijkt!
  5. verrijkt
  6. verrijkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze







Tu diccionario de traducción gratuito, rápido y sencillo

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Página generada en 0.0145 segundos
Página mostrada en 1.0 segundos