Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/neerlandés ->Traducir weekend

Sinónimos de "weekend" en neerlandés

Eliminar anuncios

Resumen

Sinónimos en neerlandés: más información...

weekend:
- weekeinde; weekend

Neerlandés

Sinónimos detallados de weekend en neerlandés

weekend:

weekend [het ~] sustantivo

het weekend
het weekeinde; het weekend
- weekeinde [het ~] sustantivo
- weekend [het ~] sustantivo

Palabras relacionadas con "weekend":

weekenden, weekends

Eliminar anuncios

Eliminar anuncios