Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. bijvallen:
  2. bijval:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de bijvallen de neerlandés a sueco

bijvallen:

bijvallen verbo (val bij, valt bij, viel bij, vielen bij, bijgevallen)

  1. bijvallen (gelijk geven; steunen)
    instämma; vara ense
    • instämma verbo (instämmer, instämmde, instämmt)
    • vara ense verbo (är ense, var ense, varit ense)
  2. bijvallen (instemmen; rugsteunen; steunen)
    hålla med; backa upp
    • hålla med verbo (håller med, höll med, hållit med)
    • backa upp verbo (backar upp, backade upp, backat upp)

Conjugaciones de bijvallen:

o.t.t.
  1. val bij
  2. valt bij
  3. valt bij
  4. vallen bij
  5. vallen bij
  6. vallen bij
o.v.t.
  1. viel bij
  2. viel bij
  3. viel bij
  4. vielen bij
  5. vielen bij
  6. vielen bij
v.t.t.
  1. ben bijgevallen
  2. bent bijgevallen
  3. is bijgevallen
  4. zijn bijgevallen
  5. zijn bijgevallen
  6. zijn bijgevallen
v.v.t.
  1. was bijgevallen
  2. was bijgevallen
  3. was bijgevallen
  4. waren bijgevallen
  5. waren bijgevallen
  6. waren bijgevallen
o.t.t.t.
  1. zal bijvallen
  2. zult bijvallen
  3. zal bijvallen
  4. zullen bijvallen
  5. zullen bijvallen
  6. zullen bijvallen
o.v.t.t.
  1. zou bijvallen
  2. zou bijvallen
  3. zou bijvallen
  4. zouden bijvallen
  5. zouden bijvallen
  6. zouden bijvallen
diversen
  1. val bij!
  2. valt bij!
  3. bijgevallen
  4. bijvallend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bijvallen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
backa upp bijvallen; instemmen; rugsteunen; steunen
hålla med bijvallen; instemmen; rugsteunen; steunen
instämma bijvallen; gelijk geven; steunen akkoord gaan met; dagen; instemmen; voor het gerecht dagen; voor het gerecht ontbieden; voor het gerecht roepen
vara ense bijvallen; gelijk geven; steunen

Palabras relacionadas con "bijvallen":


Wiktionary: bijvallen


Cross Translation:
FromToVia
bijvallen bifalla; instämma; sekundera; stödja second — to agree as a second person

bijval:

bijval [de ~ (m)] sustantivo

  1. de bijval (instemming)
    godkännande; bifall

Translation Matrix for bijval:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
bifall bijval; instemming toejuiching
godkännande bijval; instemming goedkeuring; goedkeuringsactiviteit; homologatie
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
godkännande goedkeurend; instemmend; toestemmend

Palabras relacionadas con "bijval":


Wiktionary: bijval


Cross Translation:
FromToVia
bijval godkännande agrémentaction d’agréer.