Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. arrest:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de arrest de neerlandés a inglés

arrest:

arrest [het ~] sustantivo

  1. het arrest
    the decree

Translation Matrix for arrest:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
decree arrest afkondiging; beslissing; besluit; besluiten; decreet; maatregel; raadsbesluit; regeringsbesluit; schikking; uitvaardiging; voorziening
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
decree afkondigen; bevelen; commanderen; decreteren; gebieden; gelasten; opdragen; uitvaardigen; verordenen; verordonneren

Palabras relacionadas con "arrest":


Wiktionary: arrest

arrest
noun
  1. een aanhouding
arrest
noun
  1. confinement, as after an arrest

Cross Translation:
FromToVia
arrest arrest; under arrest; apprehension; detention; custody arrestation — just|fr action d’arrêter quelqu’un pour l’emprisonner.
arrest halt; stoppage; stand; standstill arrêt — Action de s’arrêter ; fait d’être arrêté