Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. bewegwijzeren:


Neerlandés

Traducciones detalladas de bewegwijzeren de neerlandés a inglés

bewegwijzeren:

bewegwijzeren verbo (bewegwijzer, bewegwijzert, bewegwijzerde, bewegwijzerden, bewegwijzerd)

  1. bewegwijzeren
    to signpost
    • signpost verbo (signposts, signposted, signposting)

Conjugaciones de bewegwijzeren:

o.t.t.
  1. bewegwijzer
  2. bewegwijzert
  3. bewegwijzert
  4. bewegwijzeren
  5. bewegwijzeren
  6. bewegwijzeren
o.v.t.
  1. bewegwijzerde
  2. bewegwijzerde
  3. bewegwijzerde
  4. bewegwijzerden
  5. bewegwijzerden
  6. bewegwijzerden
v.t.t.
  1. heb bewegwijzerd
  2. hebt bewegwijzerd
  3. heeft bewegwijzerd
  4. hebben bewegwijzerd
  5. hebben bewegwijzerd
  6. hebben bewegwijzerd
v.v.t.
  1. had bewegwijzerd
  2. had bewegwijzerd
  3. had bewegwijzerd
  4. hadden bewegwijzerd
  5. hadden bewegwijzerd
  6. hadden bewegwijzerd
o.t.t.t.
  1. zal bewegwijzeren
  2. zult bewegwijzeren
  3. zal bewegwijzeren
  4. zullen bewegwijzeren
  5. zullen bewegwijzeren
  6. zullen bewegwijzeren
o.v.t.t.
  1. zou bewegwijzeren
  2. zou bewegwijzeren
  3. zou bewegwijzeren
  4. zouden bewegwijzeren
  5. zouden bewegwijzeren
  6. zouden bewegwijzeren
diversen
  1. bewegwijzer!
  2. bewegwijzert!
  3. bewegwijzerd
  4. bewgwijzerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bewegwijzeren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
signpost wegwijzer
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
signpost bewegwijzeren