Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. mokken:
  2. mok:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de mokken de neerlandés a inglés

mokken:

mokken verbo (mok, mokt, mokte, mokten, gemokt)

  1. mokken (kniezen)
    to sulk; to pout; to nurse a grievance
    • sulk verbo (sulks, sulked, sulking)
    • pout verbo (pouts, pouted, pouting)
    • nurse a grievance verbo (nurses a grievance, nursed a grievance, nursing a grievance)

Conjugaciones de mokken:

o.t.t.
  1. mok
  2. mokt
  3. mokt
  4. mokken
  5. mokken
  6. mokken
o.v.t.
  1. mokte
  2. mokte
  3. mokte
  4. mokten
  5. mokten
  6. mokten
v.t.t.
  1. heb gemokt
  2. hebt gemokt
  3. heeft gemokt
  4. hebben gemokt
  5. hebben gemokt
  6. hebben gemokt
v.v.t.
  1. had gemokt
  2. had gemokt
  3. had gemokt
  4. hadden gemokt
  5. hadden gemokt
  6. hadden gemokt
o.t.t.t.
  1. zal mokken
  2. zult mokken
  3. zal mokken
  4. zullen mokken
  5. zullen mokken
  6. zullen mokken
o.v.t.t.
  1. zou mokken
  2. zou mokken
  3. zou mokken
  4. zouden mokken
  5. zouden mokken
  6. zouden mokken
diversen
  1. mok!
  2. mokt!
  3. gemokt
  4. mokkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for mokken:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
pout hanglip; pruillip; pruilmond
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
nurse a grievance kniezen; mokken bouderen; een pruillip trekken; pruilen
pout kniezen; mokken bouderen; een pruillip trekken; pruilen
sulk kniezen; mokken bouderen; een pruillip trekken; pruilen

Palabras relacionadas con "mokken":


Wiktionary: mokken


Cross Translation:
FromToVia
mokken pout; sulk boudertémoigner par une certaine expression du visage ou par son silence que l’on est mécontent de quelque chose.

mok:

mok [de ~] sustantivo

  1. de mok (beker; drinkbeker; pul)
    the mug
    – with handle and usually cylindrical 1
    • mug [the ~] sustantivo
    the cup
    • cup [the ~] sustantivo

Translation Matrix for mok:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
cup beker; drinkbeker; mok; pul aanbreken van de dag; coupe; dageraad; drinkglas; glas; glazen pul; haarlijn; haarsnit; haarstijl; kopje; morgenschemering; ochtendgloren; ochtendstond; trofee; zonsopgang
mug beker; drinkbeker; mok; pul bakkes; coupe; drinkglas; facie; glas; glazen pul; haarlijn; haarsnit; haarstijl; kopje; kroes; ponum; porum; smoel; smoelwerk; snoet; snuit; tronie
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
mug overvallen

Palabras relacionadas con "mok":


Wiktionary: mok

mok
noun
  1. drinkbeker
mok
noun
  1. large cup
  2. vessel for drinking
  3. mug