Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. piste:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de piste de neerlandés a inglés

piste:

piste [de ~] sustantivo

  1. de piste (wielerbaan)
    the velodrome; the ring; the cycling track; the circus; the bicycle track

Translation Matrix for piste:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
bicycle track piste; wielerbaan
circus piste; wielerbaan circus
cycling track piste; wielerbaan
ring piste; wielerbaan aaneenschakeling; belletje; cirkel; cirkelvorm; keten; ketting; kring; kringel; kringvormig; overgaan; ring; rondje; snoer; soort sieraad; telefonisch bericht; telefoontje
velodrome piste; wielerbaan
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
ring aanbellen; beieren; bellen; bonzen; door de telefoon praten; iemand opbellen; kringen vormen; luiden; opbellen; overgaan; telefoneren; telefoontje plegen

Palabras relacionadas con "piste":

  • pistes

Wiktionary: piste


Cross Translation:
FromToVia
piste arena; arenite; sand; ring; arene arène — En chimie, hydrocarbure aromatique

Traducciones automáticas externas: