Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. samenvouwen:


Neerlandés

Traducciones detalladas de samenvouwen de neerlandés a inglés

samenvouwen:

samenvouwen verbo (vouw samen, vouwt samen, vouwde samen, vouwden samen, samengevouwd)

  1. samenvouwen
    to fold
    • fold verbo (folds, folded, folding)
  2. samenvouwen
    to roll up
    – On the Gantt Chart, to display symbols on a summary task bar that represent subtask dates. You can roll up dates from subtasks to make important dates easily visible on a summary task bar. 1
    • roll up verbo (rolls up, rolled up, rolling up)

Conjugaciones de samenvouwen:

o.t.t.
  1. vouw samen
  2. vouwt samen
  3. vouwt samen
  4. vouwen samen
  5. vouwen samen
  6. vouwen samen
o.v.t.
  1. vouwde samen
  2. vouwde samen
  3. vouwde samen
  4. vouwden samen
  5. vouwden samen
  6. vouwden samen
v.t.t.
  1. heb samengevouwd
  2. hebt samengevouwd
  3. heeft samengevouwd
  4. hebben samengevouwd
  5. hebben samengevouwd
  6. hebben samengevouwd
v.v.t.
  1. had samengevouwd
  2. had samengevouwd
  3. had samengevouwd
  4. hadden samengevouwd
  5. hadden samengevouwd
  6. hadden samengevouwd
o.t.t.t.
  1. zal samenvouwen
  2. zult samenvouwen
  3. zal samenvouwen
  4. zullen samenvouwen
  5. zullen samenvouwen
  6. zullen samenvouwen
o.v.t.t.
  1. zou samenvouwen
  2. zou samenvouwen
  3. zou samenvouwen
  4. zouden samenvouwen
  5. zouden samenvouwen
  6. zouden samenvouwen
en verder
  1. ben samengevouwd
  2. bent samengevouwd
  3. is samengevouwd
  4. zijn samengevouwd
  5. zijn samengevouwd
  6. zijn samengevouwd
diversen
  1. vouw samen!
  2. vouwt samen!
  3. samengevouwd
  4. samenvouwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

samenvouwen

  1. samenvouwen
    to collapse
    – To hide from view the subentries contained within a folder or outline section. 1
    • collapse verbo (collapses, collapsed, collapsing)

Translation Matrix for samenvouwen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
collapse achteruitgang; afleggen; bezwijken; debacle; ineenstorting; ineenzakking; instorting; inzakking; inzinking; neervallen
fold plooi; plooiing; plooirug; schaapskooi; schapehok; schapenstal
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
collapse samenvouwen afleggen; bezwijken; desintegreren; het onderspit delven; in elkaar storten; in elkaar zakken; in elkaar zinken; ineenstorten; ineenzakken; ineenzijgen; instorten; invallen; inzakken; inzinken; omlaagstorten; sterk afnemen; ten gronde gaan; tenondergaan; teruglopen; uit elkaar vallen; uiteenvallen; vallen; verzakken
fold samenvouwen opvouwen; plooien; vouwen
roll up samenvouwen oprollen; opstropen