Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. sluizen:
  2. sluis:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de sluizen de neerlandés a inglés

sluizen:

sluizen [de ~] sustantivo, plural

  1. de sluizen
    the sluices; the locks

Translation Matrix for sluizen:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
locks sluizen sloten; veiligheidssloten
sluices sluizen lozen; spuien

Palabras relacionadas con "sluizen":


sluizen forma de sluis:

sluis [de ~] sustantivo

  1. de sluis (schutsluisje; sas; verlaat)
    the sluice; the lock chamber; the scupper; the lock; the drain; the small lock

Translation Matrix for sluis:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
drain sas; schutsluisje; sluis; verlaat afdruipen; afdruppelen; afvoer; afvoerbuis; afvoerkanaal; afwateringsbuis; afwateringskanaal; boezem; doorlaat; regenpijp; riolering; riool; spui; uitdruipen; uitdruppelen
lock sas; schutsluisje; sluis; verlaat deurslot; geheel van sluizen; haarkuif; klamp; koeklauw; krul; krullende haarlok; krulletje; kuif; slot; sluiswerk; sluiswerken
lock chamber sas; schutsluisje; sluis; verlaat
scupper sas; schutsluisje; sluis; verlaat spuigat
sluice sas; schutsluisje; sluis; verlaat inlaatsluis; sluiswerk
small lock sas; schutsluisje; sluis; verlaat
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
drain afdruipen; afdruppelen; afscheiden; afvoeren; afwateren; droogleggen; indijken; inpolderen; ledigen; leeghalen; leegmaken; leegzuigen; lozen; ontwateren; spuien; uitdruipen; uitdruppelen; uithalen; uitlekken; uitscheiden; uitstoten; uitwateren; uitwerpen; uitzuigen; water afvoeren; water lozen
lock aandraaien; afgrendelen; afsluiten; borgen; dichtdoen; dichtmaken; door draaien vastmaken; grendelen; locken; op slot doen; op slot zetten; schutten; sluiten; vergrendelen
scupper belagen

Palabras relacionadas con "sluis":


Wiktionary: sluis

sluis
noun
  1. scheepvaart|nld een kunstwerk om water te keren en mogelijk ook om schepen door te laten, op een plaats tussen twee waters met een verschillend waterpeil.
sluis
noun
  1. segment of a canal
  2. passage for water

Cross Translation:
FromToVia
sluis lock; sluice; sluice-gate écluseclôture en forme de bassin, faite de terre, de pierre, de bois ou de toute autre matière dans un port, sur une rivière, sur un canal, etc., ayant une ou plusieurs portes qui se lever et se baisser ou qui s’ouvrent et se fermer, pou

Traducciones relacionadas de sluizen