Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. spitsspeler:


Neerlandés

Traducciones detalladas de spitsspeler de neerlandés a inglés

spitsspeler:

spitsspeler [de ~ (m)] sustantivo

  1. de spitsspeler (voorhoedespeler; aanvaller; voorspeler)
    the forward; the striker; the attacker

Translation Matrix for spitsspeler:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
attacker aanvaller; spitsspeler; voorhoedespeler; voorspeler aanvaller; overvaller
forward aanvaller; spitsspeler; voorhoedespeler; voorspeler
striker aanvaller; spitsspeler; voorhoedespeler; voorspeler staker
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
forward doen toekomen; doorsturen; doorverbinden; doorzenden; iem. iets sturen; naar voren plaatsen; nasturen; opsturen; overmaken; posten; toezenden; vervroegen; vroeger uitvoeren dan gepland; zenden
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
forward aanspreekbaar; beleefd; benaderbaar; beschaafd; geavanceerd; gemanierd; genaakbaar; progressief; toegankelijk; toeschietelijk; voorkomend; voort; vooruitstrevend; voorwaarts; wellevend; welopgevoed

Palabras relacionadas con "spitsspeler":

  • spitsspelers

Traducciones automáticas externas: