Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. verzachtend:
  2. verzachten:
  3. Wiktionary:
  4. User Contributed Translations for verzachtend:
    • mitigating


Neerlandés

Traducciones detalladas de verzachtend de neerlandés a inglés

verzachtend:

verzachtend adj.

  1. verzachtend

Translation Matrix for verzachtend:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
softening inweken; matiging; mindering; moderatie; tempering; verweking; weken
soothing geruststelling; kalmering; opluchting; verademing
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
soothing kalmeren
AdjectiveTraducciones relacionadasOther Translations
softening verzachtend
soothing verzachtend geruststellend; rustgevend

Wiktionary: verzachtend

verzachtend
adjective
  1. Soothing; mollifying
  2. Giving relief

verzachtend forma de verzachten:

verzachten verbo (verzacht, verzachtte, verzachtten, verzacht)

  1. verzachten (vervriendelijken)
    to soothe; to ease; to mellow; to soften; to relax
    • soothe verbo (soothes, soothed, soothing)
    • ease verbo (eases, eased, easing)
    • mellow verbo (mellows, mellowed, mellowing)
    • soften verbo (softens, softened, softening)
    • relax verbo (relaxes, relaxed, relaxing)
  2. verzachten (lenigen; verlichten)
    to relieve; to soothe; to ease; to soften
    • relieve verbo (relieves, relieved, relieving)
    • soothe verbo (soothes, soothed, soothing)
    • ease verbo (eases, eased, easing)
    • soften verbo (softens, softened, softening)

Conjugaciones de verzachten:

o.t.t.
  1. verzacht
  2. verzacht
  3. verzacht
  4. verzachten
  5. verzachten
  6. verzachten
o.v.t.
  1. verzachtte
  2. verzachtte
  3. verzachtte
  4. verzachtten
  5. verzachtten
  6. verzachtten
v.t.t.
  1. heb verzacht
  2. hebt verzacht
  3. heeft verzacht
  4. hebben verzacht
  5. hebben verzacht
  6. hebben verzacht
v.v.t.
  1. had verzacht
  2. had verzacht
  3. had verzacht
  4. hadden verzacht
  5. hadden verzacht
  6. hadden verzacht
o.t.t.t.
  1. zal verzachten
  2. zult verzachten
  3. zal verzachten
  4. zullen verzachten
  5. zullen verzachten
  6. zullen verzachten
o.v.t.t.
  1. zou verzachten
  2. zou verzachten
  3. zou verzachten
  4. zouden verzachten
  5. zouden verzachten
  6. zouden verzachten
diversen
  1. verzacht!
  2. verzacht!
  3. verzacht
  4. verzachtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verzachten:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
ease gemak; gemakkelijkheid; inschikkelijkheid; soepelheid
relieve geruststelling; ontlasting; opluchting; van een last ontdoen; verademing
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
ease lenigen; verlichten; vervriendelijken; verzachten
mellow vervriendelijken; verzachten
relax vervriendelijken; verzachten kalm worden; ontspannen; relaxen; rustig worden; vertreden; zich vertreden
relieve lenigen; verlichten; verzachten laven; lenigen; lessen; opluchten; tegoed doen
soften lenigen; verlichten; vervriendelijken; verzachten ontharden; vermurwen; vertederen; verweken; week worden; zachtmaken
soothe lenigen; verlichten; vervriendelijken; verzachten bedaren; begeerte stillen; bevredigen; geruststellen; kalmeren; luwen; sussen; tot bedaren komen; tot kalmte manen; uitwoeden; verflauwen; voldoening geven; wegsterven

Wiktionary: verzachten

verzachten
verb
  1. to reduce, lessen, or decrease
  2. make less severe
  3. become less severe, soften in temper
  4. become less rigid, yield
  5. (transitive) To make something soft or softer

Cross Translation:
FromToVia
verzachten allay; alleviate; cushion; ease; mitigate; relieve; remit; facilitate soulagerdélivrer, débarrasser d’une partie de quelque fardeau.