Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. bolwerk:
  2. bolwerken:


Neerlandés

Traducciones detalladas de bolwerk de neerlandés a español

bolwerk:

bolwerk [het ~] sustantivo

  1. het bolwerk
    el centro; la central; el baluarte; el bastión
  2. het bolwerk (bastion; fort)
    la fortaleza

Translation Matrix for bolwerk:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
baluarte bolwerk stadswal; veste
bastión bolwerk stadswal; veste
central bolwerk centrale; meldkamer
centro bolwerk binnenste; bloedpomp; centrum; dolhuis; gekkenhuis; gesticht; hart; inrichting; kern; krankzinnigengesticht; krankzinnigeninrichting; middelpunt; middelste; midden; psychiatrische inrichting
fortaleza bastion; bolwerk; fort aandrijving; burcht; citadel; deurslot; dynamiek; energie; felheid; fiksheid; fort; kasteel; kracht; krachtdadigheid; macht; ridderkasteel; ridderslot; slot; sterkte; stuwkracht; vermogen; versterkte plaats; voortstuwing
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
central centraal; cruciaal; elementair; essentieel; in het centrum; kardinaal; noodzakelijk; vereist; voornaamst

Palabras relacionadas con "bolwerk":


bolwerken:

bolwerken verbo (bolwerk, bolwerkt, bolwerkte, bolwerkten, gebolwerkt)

  1. bolwerken

Conjugaciones de bolwerken:

o.t.t.
  1. bolwerk
  2. bolwerkt
  3. bolwerkt
  4. bolwerken
  5. bolwerken
  6. bolwerken
o.v.t.
  1. bolwerkte
  2. bolwerkte
  3. bolwerkte
  4. bolwerkten
  5. bolwerkten
  6. bolwerkten
v.t.t.
  1. heb gebolwerkt
  2. hebt gebolwerkt
  3. heeft gebolwerkt
  4. hebben gebolwerkt
  5. hebben gebolwerkt
  6. hebben gebolwerkt
v.v.t.
  1. had gebolwerkt
  2. had gebolwerkt
  3. had gebolwerkt
  4. hadden gebolwerkt
  5. hadden gebolwerkt
  6. hadden gebolwerkt
o.t.t.t.
  1. zal bolwerken
  2. zult bolwerken
  3. zal bolwerken
  4. zullen bolwerken
  5. zullen bolwerken
  6. zullen bolwerken
o.v.t.t.
  1. zou bolwerken
  2. zou bolwerken
  3. zou bolwerken
  4. zouden bolwerken
  5. zouden bolwerken
  6. zouden bolwerken
diversen
  1. bolwerk!
  2. bolwerkt!
  3. gebolwerkt
  4. bolwerkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bolwerken:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
defenderse afweren; verdedigen; verweren; weren
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
dar abasto bolwerken
defenderse bolwerken behelpen; protesteren; tegenspartelen; tegenstribbelen; verzetten
poder con todo bolwerken

Palabras relacionadas con "bolwerken":