Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. intoneren:


Neerlandés

Traducciones detalladas de intoneren de neerlandés a español

intoneren:

intoneren verbo (intoneer, intoneert, intoneerde, intoneerden, geïntoneerd)

  1. intoneren

Conjugaciones de intoneren:

o.t.t.
  1. intoneer
  2. intoneert
  3. intoneert
  4. intoneren
  5. intoneren
  6. intoneren
o.v.t.
  1. intoneerde
  2. intoneerde
  3. intoneerde
  4. intoneerden
  5. intoneerden
  6. intoneerden
v.t.t.
  1. heb geïntoneerd
  2. hebt geïntoneerd
  3. heeft geïntoneerd
  4. hebben geïntoneerd
  5. hebben geïntoneerd
  6. hebben geïntoneerd
v.v.t.
  1. had geïntoneerd
  2. had geïntoneerd
  3. had geïntoneerd
  4. hadden geïntoneerd
  5. hadden geïntoneerd
  6. hadden geïntoneerd
o.t.t.t.
  1. zal intoneren
  2. zult intoneren
  3. zal intoneren
  4. zullen intoneren
  5. zullen intoneren
  6. zullen intoneren
o.v.t.t.
  1. zou intoneren
  2. zou intoneren
  3. zou intoneren
  4. zouden intoneren
  5. zouden intoneren
  6. zouden intoneren
en verder
  1. is geïntoneerd
diversen
  1. intoneer!
  2. intoneert!
  3. geïntoneerd
  4. intonerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for intoneren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
entonar intoneren