Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. trouwbreuk:


Neerlandés

Traducciones detalladas de trouwbreuk de neerlandés a español

trouwbreuk:

trouwbreuk [znw.] sustantivo

  1. trouwbreuk (het niet-trouw-zijn; ontrouw; perfidie; trouweloosheid)
    la infidelidad; la perfidia; la deslealtad

Translation Matrix for trouwbreuk:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
deslealtad het niet-trouw-zijn; ontrouw; perfidie; trouwbreuk; trouweloosheid oneerlijkheid
infidelidad het niet-trouw-zijn; ontrouw; perfidie; trouwbreuk; trouweloosheid
perfidia het niet-trouw-zijn; ontrouw; perfidie; trouwbreuk; trouweloosheid