Inicio ->Diccionarios ->neerlandés/español ->Traducir uitgedragen

Traducir uitgedragen de neerlandés a español

Resumen
Neerlandés a español:   más información...
  1. uitgedragen:
  2. uitdragen:
  3. Wiktionary:

Neerlandés

Traducciones detalladas de uitgedragen de neerlandés a español

uitgedragen:

uitgedragen adj.

  1. uitgedragen (rondverteld)
    difundido; divulgado; difundida la notícia

Translation Matrix for uitgedragen:

ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
difundida la notícia rondverteld; uitgedragen
difundido rondverteld; uitgedragen veelverbreid; verspreid; verstrooid; wijdverbreid
divulgado rondverteld; uitgedragen

uitdragen:

uitdragen verbo (draag uit, draagt uit, droeg uit, droegen uit, uitgedragen)

  1. uitdragen (ten einde dragen; voldragen)
    llevar hasta el fin
  2. uitdragen (een boodschap uitdragen; verkondigen)
    predicar

Conjugaciones de uitdragen:

o.t.t.
  1. draag uit
  2. draagt uit
  3. draagt uit
  4. dragen uit
  5. dragen uit
  6. dragen uit
o.v.t.
  1. droeg uit
  2. droeg uit
  3. droeg uit
  4. droegen uit
  5. droegen uit
  6. droegen uit
v.t.t.
  1. heb uitgedragen
  2. hebt uitgedragen
  3. heeft uitgedragen
  4. hebben uitgedragen
  5. hebben uitgedragen
  6. hebben uitgedragen
v.v.t.
  1. had uitgedragen
  2. had uitgedragen
  3. had uitgedragen
  4. hadden uitgedragen
  5. hadden uitgedragen
  6. hadden uitgedragen
o.t.t.t.
  1. zal uitdragen
  2. zult uitdragen
  3. zal uitdragen
  4. zullen uitdragen
  5. zullen uitdragen
  6. zullen uitdragen
o.v.t.t.
  1. zou uitdragen
  2. zou uitdragen
  3. zou uitdragen
  4. zouden uitdragen
  5. zouden uitdragen
  6. zouden uitdragen
en verder
  1. ben uitgedragen
  2. bent uitgedragen
  3. is uitgedragen
  4. zijn uitgedragen
  5. zijn uitgedragen
  6. zijn uitgedragen
diversen
  1. draag uit!
  2. draagt uit!
  5. uitgedragen
  6. uitdragend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for uitdragen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
llevar hasta el fin ten einde dragen; uitdragen; voldragen
predicar een boodschap uitdragen; uitdragen; verkondigen prediken; preken; uitstrooien; uitzaaien

Wiktionary: uitdragen

Cross Translation:
FromToVia
• uitdragen → difundir ↔ verbreiten — Etwas an viele Menschen bekanntgeben/ nahebringen.
• uitdragen → entrenar ↔ entraîner — traîner avec soi, après soi.
• uitdragen → propagar ↔ propager — multiplier par voie de génération, de reproduction.

Traducciones automáticas externas:






Tu diccionario de traducción gratuito, rápido y sencillo

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Página generada en 0.0222 segundos
Página mostrada en 1.0 segundos