Resumen


Neerlandés

Traducciones detalladas de annoteren de neerlandés a sueco

annoteren:

annoteren verbo (annoteer, annoteert, annoteerde, annoteerden, geannoteerd)

  1. annoteren
    kommentera
    • kommentera verbo (kommenterar, kommenterade, kommenterat)

Conjugaciones de annoteren:

o.t.t.
  1. annoteer
  2. annoteert
  3. annoteert
  4. annoteren
  5. annoteren
  6. annoteren
o.v.t.
  1. annoteerde
  2. annoteerde
  3. annoteerde
  4. annoteerden
  5. annoteerden
  6. annoteerden
v.t.t.
  1. heb geannoteerd
  2. hebt geannoteerd
  3. heeft geannoteerd
  4. hebben geannoteerd
  5. hebben geannoteerd
  6. hebben geannoteerd
v.v.t.
  1. had geannoteerd
  2. had geannoteerd
  3. had geannoteerd
  4. hadden geannoteerd
  5. hadden geannoteerd
  6. hadden geannoteerd
o.t.t.t.
  1. zal annoteren
  2. zult annoteren
  3. zal annoteren
  4. zullen annoteren
  5. zullen annoteren
  6. zullen annoteren
o.v.t.t.
  1. zou annoteren
  2. zou annoteren
  3. zou annoteren
  4. zouden annoteren
  5. zouden annoteren
  6. zouden annoteren
diversen
  1. annoteer!
  2. annoteert!
  3. geannoteerd
  4. annoterende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

annoteren [znw.] sustantivo

  1. annoteren
    kommentar; anteckning; förklarande not

Translation Matrix for annoteren:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
anteckning annoteren aantekening; briefje; kattebelletje; kladbriefje; kladje; krabbel; noot; notering; notitie; opschrijving; optekening; schrijfsel; zakelijke notitie
förklarande not annoteren
kommentar annoteren aanmerking; aantekening; commentaar; kritiek; meningsuiting; opmerking; uitlating
kommentera aanmerking; bemerking; opmerking; rapport; reportage; verhaal; verslag; weergave
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
kommentera annoteren aanmerking maken; becommentariëren; bediscussiëren; bepraten; bespreken; commentaar geven; commentariëren; doorpraten; doorspreken; praten over; van commentaar voorzien