Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. beboteren:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de beboteren de neerlandés a sueco

beboteren:

beboteren verbo (beboter, bebotert, beboterde, beboterden, beboterd)

  1. beboteren
    breda smör på
    • breda smör på verbo (breder smör på, bredde smör på, brett smör på)

Conjugaciones de beboteren:

o.t.t.
  1. beboter
  2. bebotert
  3. bebotert
  4. beboteren
  5. beboteren
  6. beboteren
o.v.t.
  1. beboterde
  2. beboterde
  3. beboterde
  4. beboterden
  5. beboterden
  6. beboterden
v.t.t.
  1. heb beboterd
  2. hebt beboterd
  3. heeft beboterd
  4. hebben beboterd
  5. hebben beboterd
  6. hebben beboterd
v.v.t.
  1. had beboterd
  2. had beboterd
  3. had beboterd
  4. hadden beboterd
  5. hadden beboterd
  6. hadden beboterd
o.t.t.t.
  1. zal beboteren
  2. zult beboteren
  3. zal beboteren
  4. zullen beboteren
  5. zullen beboteren
  6. zullen beboteren
o.v.t.t.
  1. zou beboteren
  2. zou beboteren
  3. zou beboteren
  4. zouden beboteren
  5. zouden beboteren
  6. zouden beboteren
diversen
  1. beboter!
  2. bebotert!
  3. beboterd
  4. beboterende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for beboteren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
breda smör på beboteren

Wiktionary: beboteren


Cross Translation:
FromToVia
beboteren bre; breda butternGastronomie: mit Butter bestreichen