Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. jeuken:
  2. jeuk:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de jeuken de neerlandés a sueco

jeuken:

jeuken verbo (jeuk, jeukt, jeukte, jeukten, gejeukt)

  1. jeuken
    klia
    • klia verbo (kliar, kliade, kliat)

Conjugaciones de jeuken:

o.t.t.
  1. jeuk
  2. jeukt
  3. jeukt
  4. jeuken
  5. jeuken
  6. jeuken
o.v.t.
  1. jeukte
  2. jeukte
  3. jeukte
  4. jeukten
  5. jeukten
  6. jeukten
v.t.t.
  1. heb gejeukt
  2. hebt gejeukt
  3. heeft gejeukt
  4. hebben gejeukt
  5. hebben gejeukt
  6. hebben gejeukt
v.v.t.
  1. had gejeukt
  2. had gejeukt
  3. had gejeukt
  4. hadden gejeukt
  5. hadden gejeukt
  6. hadden gejeukt
o.t.t.t.
  1. zal jeuken
  2. zult jeuken
  3. zal jeuken
  4. zullen jeuken
  5. zullen jeuken
  6. zullen jeuken
o.v.t.t.
  1. zou jeuken
  2. zou jeuken
  3. zou jeuken
  4. zouden jeuken
  5. zouden jeuken
  6. zouden jeuken
diversen
  1. jeuk!
  2. jeukt!
  3. gejeukt
  4. jeukend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for jeuken:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
klia jeuken kriebelen

Palabras relacionadas con "jeuken":


Wiktionary: jeuken


Cross Translation:
FromToVia
jeuken klia jucken — einen unangenehmen, stechenden Reiz (meist auf der Haut) verursachen, den man durch Kratzen beseitigen möchte
jeuken klia; klå démanger — Faire éprouver une démangeaison.

jeuken forma de jeuk:

jeuk [de ~ (m)] sustantivo

  1. de jeuk (jeukerigheid; kriebel)
    kliande

Translation Matrix for jeuk:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
kliande jeuk; jeukerigheid; kriebel
ModifierTraducciones relacionadasOther Translations
kliande jeukerig; kriebelig; kriebeling veroorzakend; prikkelig

Palabras relacionadas con "jeuk":


Definiciones relacionadas de "jeuk":

  1. onaangenaam kriebelend gevoel1
    • als je jeuk hebt, moet je krabben1