Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. notuleren:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de notuleren de neerlandés a sueco

notuleren:

notuleren verbo (notuleer, notuleert, notuleerde, notuleerden, genotuleerd)

  1. notuleren
    skriva protokoll; skriva ner; protokollföra
    • skriva protokoll verbo (skriver protokoll, skrev protokoll, skrivit protokoll)
    • skriva ner verbo (skriver ner, skrev ner, skrivit ner)
    • protokollföra verbo (protokollför, protokollförde, protokollfört)

Conjugaciones de notuleren:

o.t.t.
  1. notuleer
  2. notuleert
  3. notuleert
  4. notuleren
  5. notuleren
  6. notuleren
o.v.t.
  1. notuleerde
  2. notuleerde
  3. notuleerde
  4. notuleerden
  5. notuleerden
  6. notuleerden
v.t.t.
  1. heb genotuleerd
  2. hebt genotuleerd
  3. heeft genotuleerd
  4. hebben genotuleerd
  5. hebben genotuleerd
  6. hebben genotuleerd
v.v.t.
  1. had genotuleerd
  2. had genotuleerd
  3. had genotuleerd
  4. hadden genotuleerd
  5. hadden genotuleerd
  6. hadden genotuleerd
o.t.t.t.
  1. zal notuleren
  2. zult notuleren
  3. zal notuleren
  4. zullen notuleren
  5. zullen notuleren
  6. zullen notuleren
o.v.t.t.
  1. zou notuleren
  2. zou notuleren
  3. zou notuleren
  4. zouden notuleren
  5. zouden notuleren
  6. zouden notuleren
en verder
  1. is genotuleerd
  2. zijn genotuleerd
diversen
  1. notuleer!
  2. notuleert!
  3. genotuleerd
  4. notulerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for notuleren:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
protokollföra notuleren boekstaven; te boek stellen
skriva ner notuleren aantekenen; boeken; boekstaven; kalken; noteren; op schrift stellen; opschrijven; optekenen; pennen; registreren; schrijven; te boek stellen; vastleggen
skriva protokoll notuleren

Wiktionary: notuleren


Cross Translation:
FromToVia
notuleren föra; protokoll; protokollföra minute — to write