Resumen
Neerlandés a sueco:   más información...
  1. opspringen:
  2. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de opspringen de neerlandés a sueco

opspringen:

opspringen verbo (spring op, springt op, sprong op, sprongen op, opgesprongen)

  1. opspringen (springen)
    hoppa upp
    • hoppa upp verbo (hoppar upp, hoppade upp, hoppat upp)

Conjugaciones de opspringen:

o.t.t.
  1. spring op
  2. springt op
  3. springt op
  4. springen op
  5. springen op
  6. springen op
o.v.t.
  1. sprong op
  2. sprong op
  3. sprong op
  4. sprongen op
  5. sprongen op
  6. sprongen op
v.t.t.
  1. ben opgesprongen
  2. bent opgesprongen
  3. is opgesprongen
  4. zijn opgesprongen
  5. zijn opgesprongen
  6. zijn opgesprongen
v.v.t.
  1. was opgesprongen
  2. was opgesprongen
  3. was opgesprongen
  4. waren opgesprongen
  5. waren opgesprongen
  6. waren opgesprongen
o.t.t.t.
  1. zal opspringen
  2. zult opspringen
  3. zal opspringen
  4. zullen opspringen
  5. zullen opspringen
  6. zullen opspringen
o.v.t.t.
  1. zou opspringen
  2. zou opspringen
  3. zou opspringen
  4. zouden opspringen
  5. zouden opspringen
  6. zouden opspringen
diversen
  1. spring op!
  2. springt op!
  3. opgesprongen
  4. opspringend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for opspringen:

VerbTraducciones relacionadasOther Translations
hoppa upp opspringen; springen aanspringen; opveren

Wiktionary: opspringen


Cross Translation:
FromToVia
opspringen hoppa jump — propel oneself rapidly upward such that momentum causes the body to become airborne
opspringen hoppa; hoppa till jump — react to a sudden stimulus by jerking the body violently
opspringen studsa rebondir — Faire un ou plusieurs bonds.
opspringen rycka till; hoppa till sursauter — Faire un sursaut, un mouvement brusque en étant surpris.

Traducciones automáticas externas: