Resumen
Neerlandés a inglés:   más información...
  1. spaanders:
  2. spaander:
  3. Wiktionary:


Neerlandés

Traducciones detalladas de spaanders de neerlandés a inglés

spaanders:

spaanders [de ~] sustantivo, plural

  1. de spaanders (snippers)
    the snips; the scraps; the chippings; the slivers; the shreds; the clippings; the cuttings; the lumps

Translation Matrix for spaanders:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
chippings snippers; spaanders
clippings snippers; spaanders knipsels; snoei
cuttings snippers; spaanders doorsneden; doorsnedes; doorsnijdingen; knipsels; scheuten; schoten; snoei; spruiten; stekken
lumps snippers; spaanders bobbels; knobbels
scraps snippers; spaanders knipsels
shreds snippers; spaanders knipsels
slivers snippers; spaanders knipsels; reepjes
snips snippers; spaanders knipjes; knipsels; snoei

Palabras relacionadas con "spaanders":


spaander:

spaander [de ~ (m)] sustantivo

  1. de spaander
    the flake; the chip; the sliver; the shaving

Translation Matrix for spaander:

NounTraducciones relacionadasOther Translations
chip spaander chip; fiche; houtkrul; houtspaander; spaan
flake spaander dotje; schilfer; vlok
shaving spaander
sliver spaander knipsel; uitknipsel
VerbTraducciones relacionadasOther Translations
chip fijnhakken; hakken; kleinhakken
flake afbladderen; afschilferen; pluizen; schilferen; vlokken
sliver versplinteren

Palabras relacionadas con "spaander":


Wiktionary: spaander

spaander
noun
  1. langwerpig stukje hout dat bij het hakken afvalt.